Paradijsvogel

 

Onlangs zat ik in een zakelijk gesprek, aan tafel bij een gedegen, keurige, in de pas lopende man.
Een aardige kerel, begrijp me niet verkeerd.
Het gesprek kabbelde wat voort. Uitschieters waren in geen velden of wegen te bekennen.

Op een gegeven moment noemde mijn gesprekspartner wat voorbeelden binnen zijn bedrijfscultuur en liet daarin duidelijk doorschemeren hoe zijn organisatie in elkaar zat.
Nog steeds niets aan de hand echter, ik ben altijd slecht geweest in het maskeren van mijn gevoel.
Gedurende zijn uiteenzetting schoot er dus af en toe een wenkbrauw omhoog bij mij.
Zuchtend stroopte ik mijn mouwen omhoog (hallo tattoos) en leunde ik achterover, wat mij betreft konden we er een einde aan breien.

En toen kwam het.
‘Manon, jij bent net een paradijsvogel’
Opeens één en al oor boog ik mij over de tafel heen; ‘leg eens uit alsjeblieft’.
Hij begon uit te leggen, te vertellen en vooral te vergelijken.
Het gesprek was daarmee ook snel op zijn einde en enigszins nadenkend stapte ik in mijn auto.

Paradijsvogel. Laten we dat eens googlen.

‘Een paradijsvogel is een mooie, kleurrijke zangvogel met lange gele of rode staartveren die leeft in Nieuw-Guinea. In figuurlijke zin zijn paradijsvogels bijzondere, eigenzinnige, kleurrijke mensen.’

En verdomd! Daar kan ik me wel in vinden. Sterker nog, ik bekeek mezelf eens vanaf een andere kant.
Jaren lang heb ik te horen gekregen dat ik te groot, te aanwezig, te sterk, te eigenzinnig, te brutaal en te rebels ben. Dat ik te hard lach, te hard en te veel praat, te vaak huil, te groot liefheb en te snel ga.

Ik liet dat nooit zo merken, dat al die meningen me best wel eens aan het twijfelen brachten.
Deed net alsof het me niet raakte en wapperde eventuele bezwaren direct van tafel.

Al kijkend naar verschillende afbeeldingen van paradijsvogels in alle soorten en maten bekroop me slechts één gedachte: ‘Wat schitterend’.
Ooh ja, en ik tatoeëerde het in mijn hoofd direct al ergens op een bovenbeen ofzo.

Zo’n prachtig beestje, een interessante geschiedenis van allerlei avontuurlijke verhalen waarin hij een hoofdrol speelde. Hoe tof!

Omarmd heb ik het, de vergelijking. Weg met het negatieve, schoonheid kent meerdere gezichten. Opeens waren al die ‘te’ eigenschappen geen reden voor twijfel meer. Want, een paradijsvogel met een halve staart is lang zo mooi niet. En laten we eerlijk zijn, er zijn al genoeg merels en duiven.

 

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *